Je staat op de drempel van een lift, je hand bijna op de knop. Je voelt de koude metalen deuren en ziet dat de ruimte binnen leeg is, veilig, maar toch... je durft niet. De angst dat de lift vast komt te zitten, dat je geen lucht meer krijgt, dat je opgesloten zit zonder uitweg, vult je met een verlammende paniek. Je weet dat deze gedachten onwaarschijnlijk zijn, misschien zelfs absurd, maar ze voelen zó echt.
Het is een allesoverheersende angst die je in zijn greep houdt. Je weet diep vanbinnen dat de angst irrationeel is – dat er geen logisch gevaar op de loer ligt – maar toch bekruipt het je, worden je gedachten overgenomen wat je hart sneller doet slaan.
Je wilt deze angst niet meer. Het heeft te lang je leven beheerst, je keuzes beperkt, en je wilt de vrijheid terug om zonder angst te leven. Maar hoe? Je hebt al van alles geprobeerd – geruststelling van vrienden, logische redeneringen, zelfs vermijding. Toch blijft de angst, als een schaduw die je niet van je af kunt schudden.